Iedereen valt. Maar niet iedereen leert vallen.
In aikido leer je al vanaf de eerste les om te vallen. Rollen, neergaan, breken zonder te breken. Voor een buitenstaander lijkt dat misschien de minst leuke kant van de training. Maar wie langer traint, weet: hier zit een diepe les in verscholen.
Ukemi: de kunst van het ontvangen
In aikido heet vallen ukemi – letterlijk: “ontvangen”.
Je leert niet alleen hoe je jezelf beschermt, maar ook hoe je de energie van de ander met aandacht opvangt. Het is een fysieke vaardigheid, maar vooral ook een mentale: durven overgeven aan wat komt, zonder verzet maar mét bewustzijn.
Ukemi is niet ondergaan, het is samenwerken. Je traint jezelf om alert te blijven, zelfs in het moment van verlies, uit balans zijn, of impact.
Buiten de dojo: de les van het vallen
Wat me verraste, is hoe vaak ik buiten de mat aan ukemi dacht.
Bij een lastige dag op werk. Een conflict met een vriend. Een onverwachte verandering. Ik merkte dat ik minder snel “tegen” de situatie ging vechten, en vaker dacht:
hoe kan ik hiermee meebewegen, zonder mezelf te verliezen?
Aikido leerde me dat vallen geen teken van zwakte is. Het is een kans.
Om te voelen, te leren, te herstellen – en uiteindelijk weer op te staan, sterker dan daarvoor.
De essentie van opstaan
Je leert niet vallen om op de grond te blijven liggen.
Je leert vallen om beter te kunnen opstaan. En dat is misschien wel de grootste les die aikido je kan geven.
“De ware overwinning is de overwinning op jezelf.”
— Morihei Ueshiba